Op donderdag 27 oktober was iedereen al vroeg uit de veren. Vandaag was dan eindelijk het Texel-kamp aangebroken. Joël de Wit had alles tot in de puntjes geregeld en zo kwam het dat om 07:45 de laatste mensen konden worden opgepikt en we op weg konden naar Texel, met uitzondering van Jan die later die middag zelf naar Texel zou reizen.
De sfeer zat er goed in en om iets over half 10 arriveerden we bij de pont. Die bleek helaas net vertrokken te zijn. We besloten vast een rondje te maken over de dijk bij Den Helder en zo konden we de eerste kustsoorten opschrijven, zoals oeverpieper en alk. We keerden weer terug naar de auto en om half 11 vertrokken we met de boot vanaf den Helder.
Op het water was het op twee kleine zilverreigers en een enkele alk/zeekoet na vrij rustig. Eenmaal op Texel aangekomen zetten we direct koers richting de bonte tapuit, die vlakbij de veerhaven zat. De vogel liet zich schitterend zien en er werden dan ook prachtige foto’s gemaakt. Verder noteerden we nog enkele groepen goudplevieren en wat rotganzen.
Na deze prachtige bezienswaardigheid besloten we op zoek te gaan naar vale gierzwaluwen, die hier de voorgaande dagen en vandaag gemeld waren op Texel en elders in het land. Dat viel niet mee, want we visten meermaals achter het net wanneer we op een melding afgingen. Ondertussen zagen we nog wel enkele andere soorten zoals blauwe kiekendief, roodkeelduikers en een groepje van zeven strandleeuweriken! Uiteindelijk werd er een vale gierzwaluw gemeld bij De Muy. Snel gingen we hierop af en sprintten we het gebied in. Al vrij snel kregen we de bewuste vogel in het oog. De afstand was echter groot en het duurde dan ook niet lang voordat we de vogel weer kwijt waren.
Intussen was het tegen tweeën, wat betekende dat we de huisjes in konden. Hier protesteerde niemand tegen aangezien de auto flink volgeladen zat. Nadat we onze boel gedumpt hadden, besloten we vanaf het park nog een stuk door de duinen te lopen op zoek naar iets leuks. Dat viel echter behoorlijk in het water, want vanuit het zuidwesten kwamen donkere wolken aangedreven en spoedig daarna kwam de regen uit de lucht zetten. Johannes had echter al bedacht om de auto op te halen en dus zaten we na enkele minuten gelukkig in een droge auto.
We besloten gelijk af te gaan op een melding van twee foeragerende vale gierzwaluwen en een buidelmees bij de Vuurtoren op de noordpunt van Texel. Onderweg hiernaartoe stopte de regen gelukkig en toen we bij de Vuurtoren aankwamen was het weer al aardig opgeknapt. Gelijk bij het uitstappen zagen we twee vale giertjes vliegen en dit aantal werd al spoedig meer. Na wat plaatjes geschoten te hebben, besloten we even bij de gemelde buidelmees te gaan kijken. Dit bleek echter vergeefse moeite, want de vogel bleek onvindbaar en liet zich ook niet horen. We keerden terug naar De Vuurtoren waar ook Jan inmiddels was gearriveerd. Het was ondertussen prachtig helder weer geworden en het bleek dat aantal vale gierzwaluwen in de tijd dat wij er waren aangroeide tot zeven stuks, voortdurend boven ons hoofd insecten vangen samen met een boerenzwaluw. We konden er geen zekere gewone gierzwaluw tussen vinden. Een schitterend schouwspel en een prachtige afsluiting van de dag!
Aangekomen bij het huisje waren we nog getuige van grootschalige wegtrek van lijsters. We aten heerlijke, door Joël de Wit gemaakte nasi. Na een hoop gezelligheid besloten we tegen tienen te gaan slapen.
De volgende morgen waren we rond 7 uur alweer op. Na ontbeten te hebben reden we richting De Tuintjes. Iets na half negen kwamen we aan. We besloten eerst het oostelijke gedeelte te doorlopen. Als snel zagen we twee vale giertjes. We liepen verder en de groep begon zich wat te verspreiden. Op wat lijsters en een enkele tjiftjaf na was het wat zangvogels betreft vrij rustig. Dat veranderde echter plotseling toen Jaap, Joël de Jong, Jan en Herwin een Humes Bladkoning hoorden roepen langs de Vuurtorenweg. Een geweldige vondst en de anderen arriveerden al snel. Maar in het volgende uur riep de vogel slechts enkele keren, dus met volle teugen genieten zat er niet bij. Johannes en Ruben zagen de vogel nog wel kort in de struiken skulken. Na overleg kwamen we overeen om op een ander moment terug te keren en de vogel voor nu te laten voor wat het was.
Met deze mooie soort op zak struinden we nog door het westelijke gedeelte van de Tuintjes, maar ook dit gedeelte was tamelijk leeg op enkele roodborsttapuiten na. Wel vlogen er met enige regelmaat groepen vinken en sijzen over. Gelukkig hadden enkelen van ons op het strand wat sneeuwgorzen gevonden. Uiteindelijk konden de meesten van ons deze mooie vogels bewonderen, sommigen op enkele meters afstand!
Eenmaal terug bij de auto reden we naar de Slufter waar een grote groep strandleeuweriken was gemeld en we hoopten ook nog de late zomertortel te zien die daar rond moest hangen. Helaas misten we de zomertortel. Gelukkig konden we nog wel van de strandleeuweriken genieten, die af en toe behoorlijk dichtbij zaten. Verder liepen er ook veel steltlopers, zoals zilverplevier, groenpootruiter, rosse grutto, bonte strandloper en bontbekplevier.
De middag was inmiddels al ver gevorderd en dus gingen we maar weer op de auto aan. Aangekomen bij de huisjes rustten we uit van de dag. We genoten die avond van heerlijke macaroni met een toetje.
De volgende morgen gingen we er rond half 7 uit om onze boel alweer een beetje in te pakken, omdat we om 11 uur de huisjes moesten verlaten. Na het gezamenlijk ontbijt vertrokken we weer richting De Tuintjes om onder andere de Humes Bladkoning nog met een bezoekje te brengen. Het was flink mistig, dus veel zagen we in het eerste uur nog niet. We noteerden een grote stern en wederom enkele tjiftjaffen. Ter hoogte van Camping De Robbenjager hoorden we ineens ook de Humes Bladkoning weer roepen. Eenmaal bij de plek aangekomen zagen Jaap en Dyderick de vogel kort maar daarna was het weer stil. Na een kwartier begon de vogel echter weer uitbundig te roepen en konden behoorlijk wat mensen de vogel eventjes bewonderen.
Het liep inmiddels tegen elven en dus gingen we naar de huisjes om alles in te laden. Eenmaal aangekomen was het een grote bende doordat enkele eksters huis hadden gehouden door de afvalzakken overhoop te trekken. Na alles weer bij elkaar geraapt te hebben kon de auto ingepakt worden.
Herwin vertrok alvast naar de boot, want hij had een afspraak die middag op het vasteland. De anderen togen naar het zuiden van Texel, waar die ochtend een bruine boszanger was gevonden. De hop in de Loodsmansduinen -die daar al enkele dagen zat- lieten we links liggen, tot verdriet van vooral Dyderick. Op foto’s van anderen zag de vogel er te ziek uit om écht van te genieten en écht mooie foto’s van te maken, dat was de mening van de rest.
De bruine boszanger evenwel werkte ook niet mee. De wandeling naar de plek duurde een dik half uur en was ook nog eens tevergeefs. Weliswaar is het gebied prachtig, maar een dik half uur marcheren doen we natuurlijk niet voor die paar vuurgoudhaantjes, een blauwe kiekendief en de zwartkop (die Johannes nog even op het verkeerde been zette). Maar goed, je kunt niet alles hebben. Bovendien werd deze al dip al snel goedgemaakt door een buidelmees die in het riet van de Mokbaai was gesignaleerd door enkele Texelaars. Dat was naast de geparkeerde auto en we besloten de tijd die we nog over hadden op Texel daarin te steken. Met succes, al liet de vogel zich alleen horen en niet zien (zie hier voor een geluidsopname van Dyderick).
Nu snel naar de boot. Het licht van die dag wilden we namelijk gebruiken voor een mooie soort die aan de andere kant van het water die dag was ontdekt: een bruine boszanger in Den Helder. Dat lukte. Het was een ‘skulky bird’, dat wel, maar toch een paar keer herkenbaar gezien en vooral gehoord. Eigenlijk schaamteloos om te zeggen , maar de drie vale gierzwaluwen die hier rondvlogen, gaven we weinig aandacht, terwijl goed bekeken deze soort veel zeldzamer is dan de bruine boszanger. Maar ja, van de vale gierzwaluw hadden we er al een flink aantal dit kamp. Het indrukwekkendste was nog wel dat deze gierzwaluwen af en toe op een paar meter langs ons kwamen scheren.
Met een patatje en toebehoren op schoot zoefden we in het donker over lege wegen naar Zuid-Holland.
Een prachtige driedaagse Boomvalkkamp was achter de rug.
Geschreven door Herwin Mulder (met aanvullingen van Johannes Luiten).